De macht van framing; woorden zijn nooit onschuldig
Woorden lijken neutraal. We gebruiken ze om de werkelijkheid te beschrijven, te ordenen en met elkaar te delen. Of, dat denken we toch. Maar wie goed kijkt, ziet dat woorden veel meer doen dan alleen benoemen. Ze sturen ons denken, onze emoties en zelfs ons handelen. “Vluchteling” roept een ander beeld op dan “gelukszoeker”. “Vrijheidsstrijder” klinkt heroïsch, “terrorist” bedreigend – ook als het om dezelfde persoon gaat. Taal schept werkelijkheden, en wie de taal beheerst, beïnvloedt hoe de werkelijkheid ervaren wordt. Dit mechanisme heet framing.
Framing is de kunst van selecteren: bepaalde aspecten van een situatie benadrukken, andere verbergen. Het is een machtig instrument, bewust ingezet door politici, reclamemakers en media, maar ook onbewust door onszelf in alledaagse gesprekken. Het bepaalt hoe we nieuws begrijpen, hoe we debatten voeren en hoe we onszelf zien. In dit artikel onderzoeken we de macht van framing: wat het is, hoe het werkt, welke voorbeelden we overal om ons heen vinden, en vooral: hoe we ons ertegen kunnen wapenen.
1. Wat is framing?
De communicatiewetenschapper Robert Entman omschreef framing als het selecteren van bepaalde aspecten van de werkelijkheid om ze in een communicatieve context meer nadruk te geven. Daarmee beïnvloed je hoe mensen een situatie interpreteren, welke oorzaken ze zien en welke oplossingen ze aanvaardbaar vinden.
De cognitieve taalkundige George Lakoff liet in Don’t Think of an Elephant (2004) zien hoe krachtig frames zijn. Als iemand zegt “denk niet aan een olifant”, is de kans groot dat het eerste wat in je opkomt juist een olifant is. Woorden activeren mentale schema’s en beelden, vaak zonder dat we het beseffen. Politici spelen hier voortdurend mee. Een partij die spreekt over “belastingverlaging” plaatst belastingen automatisch in het frame van een last, niet van een bijdrage.
Ook psychologen Kahneman en Tversky toonden in hun onderzoek naar heuristieken en biases dat hoe een keuze wordt geformuleerd, sterk beïnvloedt welke optie mensen kiezen. Een medische behandeling die wordt voorgesteld met “90% overlevingskans” wordt positiever beoordeeld dan dezelfde behandeling met “10% kans op overlijden”. De feiten zijn identiek, de woorden maken het verschil.
2. Hoe framing ons denken stuurt
Frames werken omdat ze ons brein shortcuts geven. Ze activeren associaties en sturen onze aandacht.
- Wanneer media schrijven over een “klimaatcrisis” activeren ze urgentie en dreiging; bij “klimaatverandering” klinkt het neutraler, meer als een natuurverschijnsel.
- Wanneer politici spreken over “flexibilisering van de arbeidsmarkt” lijkt het alsof werknemers kansen krijgen, terwijl “banen onzeker maken” dezelfde werkelijkheid anders kleurt.
- Het frame bepaalt ook wie als held of schurk verschijnt. Zijn een groep mensen die een dictatuur bevecht “vrijheidsstrijders” of “terroristen”? Het ene woord roept sympathie op, het andere afkeer.
Frames zijn zo sterk dat ze zelfs bepalen welke oplossingen we denkbaar achten. Een “veiligheidsprobleem” vraagt om politie en meer camera’s, een “integratieprobleem” om onderwijs en cultuurbeleid. Het frame bepaalt de agenda.
3. Voorbeelden uit de actualiteit
Oorlogsretoriek: collateral damage
In militaire communicatie wordt het doden van burgers vaak omschreven als “collateral damage” – bijkomende schade. Dat klinkt technisch, bijna neutraal. Het frame verschuift de aandacht van menselijke tragedie naar een soort onvermijdelijk neveneffect. Het gevolg: minder empathie en minder morele verontwaardiging.
Migratiedebat
In Europa en de Lage Landen zien we hoe woorden het migratiedebat sturen. De ene krant schrijft over “opvangcrisis”, de andere over “opvangkans”. Wie spreekt over “migratiedruk” roept een beeld op van dreiging, wie spreekt over “nieuwe buren” roept nabijheid en menselijkheid op.
Economie
Wanneer werkgevers pleiten voor “hervorming van de arbeidsmarkt” bedoelen ze vaak meer flexibiliteit in contracten en minder ontslagbescherming. Voor werknemers klinkt dat eerder als “minder zekerheid”. De gekozen term bepaalt of het debat begint vanuit hoop of vanuit angst.
4. Waarom zijn we zo vatbaar voor voor de macht van framing?
Priming
Framing werkt via priming: woorden activeren associaties en gevoelens die daarna onze interpretatie kleuren. Wie in een tekst het woord “veiligheid” leest, beoordeelt beleid daarna positiever, zelfs als de inhoud ongewijzigd blijft.
Availability heuristic
De availability heuristic maakt dat we inschattingen baseren op wat gemakkelijk oproepbaar is in ons geheugen. Een frame dat een herkenbaar beeld oproept (“de stroom van migranten”, “de tsunami van faillissementen”) beïnvloedt onze perceptie, ook al zijn de cijfers gematigder.
Negativity bias
Ons brein reageert sterker op negatieve dan op positieve prikkels. Frames die dreiging en angst oproepen (“crisis”, “bedreiging”, “overspoelen”) hebben daardoor een grotere kans om te blijven hangen en beleid te sturen.
5. Filosofische reflecties
Wittgenstein: de grenzen van taal
De filosoof Ludwig Wittgenstein schreef: “De grenzen van mijn taal zijn de grenzen van mijn wereld.” Als we een fenomeen alleen kennen via bepaalde woorden, begrenst dat onze werkelijkheid. Wie “werkloos” heet, draagt een stempel van gemis; wie “in transitie” heet, draagt een frame van ontwikkeling. De woorden bepalen de horizon. (meer over Wittgenstein kan u lezen in onze bijdrage over logica)
Foucault: macht en discours
Michel Foucault wees erop dat macht zich niet alleen uit via wetten of geweld, maar ook via discours. Wat in een samenleving als “waar” of “normaal” geldt, wordt vaak bepaald door taal en kennisstructuren. Framing is zo’n discoursinstrument: het bepaalt welke vragen we stellen en welke antwoorden denkbaar zijn.
Krishnamurti: de val van labels
De Indiase denker Jiddu Krishnamurti waarschuwde dat labels de werkelijkheid versmallen. Als we iemand labelen als “linkse activist” of “rechtse nationalist”, zien we de mens niet meer, maar alleen het frame. Vrijheid begint met het loskomen van woorden die ons blikveld beperken.
6. Gevaren van framing
Democratie
In een gezonde democratie zouden ideeën botsen op basis van argumenten en feiten. Maar framing vervangt vaak het debat door slogans. Wie het juiste frame kiest, hoeft minder argumenten te leveren. Het risico is dat kiezers keuzes maken op basis van emotie en beeldvorming, niet op inhoud.
Polarisatie
Framing versterkt het wij/zij-denken. Wie migranten als “gelukszoekers” framet, plaatst hen tegenover “hardwerkende burgers”. Wie demonstranten “relschoppers” noemt, ontneemt hen legitimiteit. Woorden polariseren sneller dan ze verbinden.
Zelfbeeld
Framing beïnvloedt niet alleen hoe we anderen zien, maar ook hoe we onszelf zien. Iemand die zichzelf “failliet” noemt, ervaart schaamte; iemand die zegt “ik begin opnieuw” ervaart hoop. De woorden waarmee we onszelf beschrijven, vormen onze identiteit.
7. Hoe ons te wapenen
Bewustwording
Het begint met bewustzijn. Zodra we beseffen dat framing bestaat, kunnen we er kritisch naar kijken. Vraag jezelf af: welke woorden worden hier gebruikt, en waarom?
Kritisch taalgebruik
Media en onderwijs hebben de verantwoordelijkheid om niet blind frames te reproduceren, maar alternatieven te bieden. Een journalist kan iets zowel een “crisis” als een “uitdaging” benoemen, en zo de horizon verbreden.
Herformuleren
Een praktische oefening is herformuleren. Vraag jezelf: hoe klinkt dit als ik andere woorden gebruik? Wat verandert er als een “last” een “bijdrage” wordt, of als een “probleem” een “kans” wordt? Het laat zien hoe relatief onze werkelijkheid is.
Conclusie: woorden bouwen werelden
Framing is onvermijdelijk. We kunnen de werkelijkheid niet zonder taal ervaren, en elke taalkeuze legt accenten. Maar bewustzijn maakt het verschil. Wie beseft dat woorden macht hebben, kan zich verzetten tegen manipulatie, kan debatten inhoudelijker maken en kan zichzelf bevrijden uit beperkende labels.
De macht van framing is groot. Maar nog groter is de kracht van kritisch denken en van taal die verbindt in plaats van verdeelt. De wereld die we samen bouwen, begint met de woorden die we kiezen.
Bronnen (zoals steeds voor de liefhebbers)
- Entman, R. M. (1993). Framing: Toward Clarification of a Fractured Paradigm. Journal of Communication, 43(4), 51–58.
- Lakoff, G. (2004). Don’t Think of an Elephant! Know Your Values and Frame the Debate. Chelsea Green Publishing.
- Kahneman, D., & Tversky, A. (1984). Choices, Values, and Frames. American Psychologist, 39(4), 341–350.
- Tversky, A., & Kahneman, D. (1974). Judgment under Uncertainty: Heuristics and Biases. Science, 185(4157), 1124–1131.
- Wittgenstein, L. (1922). Tractatus Logico-Philosophicus.
- Foucault, M. (1970). The Order of Discourse. Collège de France.
- Krishnamurti, J. (1969). Freedom from the Known. Harper & Row.
- Stanley, J. (2015). How Propaganda Works. Princeton University Press.
- Chong, D., & Druckman, J. (2007). Framing Theory. Annual Review of Political Science, 10, 103–126.

Geef als eerste een reactie